,

Eenzaamheid Quotes

Quotes tagged as "eenzaamheid" Showing 1-30 of 30
Annelies Verbeke
“Een perfecte omhelzing is moeilijk en in wakende uren volkomen onbereikbaar. Maar je lichaam heeft genoeg herinneringen om er een voor je te boetseren in de laatste zucht van een droom, net voor je het gonzen van de wereld weer moet aanhoren.”
Annelies Verbeke

Arjen Lubach
“Het tegenovergestelde van liefde is helemaal geen haat, het tegenovergestelde van liefde is eenzaamheid.”
Arjen Lubach, Mensen die ik ken die mijn moeder hebben gekend

Griet Op de Beeck
“Misschien snijdt eenzaamheid als je bij mensen bent dieper dan alleen zijn waar geen misverstand over bestaat, (...).”
Griet Op de Beeck, Het beste wat we hebben

Irène Némirovsky
“Liefde die voortkomt uit angst voor eenzaamheid is droevig en zo sterk als de dood.”
Irène Némirovsky

Gerard Reve
“Waarschijnlijk is het beter, dat ik van nu af aan in afzondering leef, dat is een draaglijker soort eenzaamheid dan die, ondergaan in het gezelschap van een ander.”
Gerard Reve, Op weg naar het einde

Sylvain Tesson
“Eenzaamheid is de balsem op de wonde die door een wantrouwen jegens andere mensen is ontstaan. 'In plaats van hen te haten ga ik hen liever uit de weg', schrijft Rousseau tijdens zijn zesde wandeling.”
Sylvain Tesson, Dans les forêts de Sibérie

Kate Scelsa
“Je verbonden voelen met andere mensen houdt bepaalde risico's in. Vooral als je je hele persoonlijkheid al had afgestemd op alleen-zijn. Niet dat het een opwindend bestaan was, maar in mijn eenzaamheid was ik van niemand afhankelijk.”
Kate Scelsa, Fans of the Impossible Life

Rainer Maria Rilke
“Nodig is toch alleen: eenzaamheid, een grote innerlijke eenzaamheid. Zichzelf aan de tand voelen en urenlang niemand ontmoeten, dat moet men kunnen bereiken. Eenzaam zijn zoals je als kind eenzaam was toen de volwassenen in zaken verwikkeld rondliepen die belangrijk en groot leken, omdat de grote mensen er zo bedrijvig uitzagen en je van hun doen en laten niets begreep. En als je dan op een dag inziet dat hun bezigheden armzalig zijn, hun beroepen verstard en niet meer verbonden met het leven, waarom dan niet er met de ogen van een kind naar blijven kijken als naar iets vreemds, en wel vanuit de diepte van je eigen wereld, vanuit de weidsheid van je eigen eenzaamheid, die zelf werk is, status en beroep?
- Rome, 23 december 1903”
Rainer Maria Rilke, Letters to a Young Poet

Rainer Maria Rilke
“En als wij weer over de eenzaamheid praten, dan wordt steeds duidelijker dat dat in wezen niet iets is wat je kunt uitzoeken of nalaten. Wij zijn eenzaam. Men kan zichzelf zand in de ogen strooien en doen alsof het niet zo is. Dat is alles. Maar hoeveel beter is het niet om in te zien dat wij het wel zijn, en daar gewoon vanuit te gaan. Het zal ons dan wel duizelen; want alle punten waarop ons oog gewoon was te rusten, worden ons afgenomen, niets is meer nabij en al wat ver is is oneindig ver. Wie vanuit zijn kamer, nagenoeg onvoorbereid en onverhoeds, op de top van een hoge berg zou worden neergezet, zou iets soortgelijks moeten voelen: een weergaloze onzekerheid, het overgeleverd zijn aan iets onbekends zou hem bijna te gronde richten.
Borgeby Gård Flädie, Zweden, 12 augustus 2017”
Rainer Maria Rilke, Letters to a Young Poet

Robert Bryndza
“Angst, zo wist Simone, heerste vooral 's nachts. Wanneer alle anderen de wereld tijdelijk lijken te hebben verlaten, liggen de slapelozen eenzaam en alleen, gestrand in het halfdonker.”
Robert Bryndza, The Night Stalker

Patrick Conrad
“Daar bracht hij zijn dagen door: in de koelte van zijn werkkamer. Als een monnik, ver van het rumoer van feestende vrienden in de tuin, van het luidruchtige gestoei in het zwembad, van het aanslepende gezeur van de krekels. Daar overwon hij de eenzaamheid waar alle schrijvers van vergaan, met maagpijn pennend tot de letters voor zijn ogen begonnen te tollen.”
Patrick Conrad, getande raadsels: herinneringen aan Hugo Claus

Elizabeth Strout
“Mensen zijn eenzaam, dat wil ik hier maar mee zeggen. Veel mensen kunnen niet tegen degenen die ze goed kennen zeggen wat ze misschien wel zouden willen zeggen.”
Elizabeth Strout, Oh, William!

Heleen van Royen
“Ieder mens is uiteindelijk altijd alleen, je bent eenzaam als je degene met wie je alleen bent, geen prettig gezelschap vindt”
Heleen van Royen, De Mannentester

Paolo Giordano
“Ze was moe. Het was het soort vermoeidheid dat je alleen voelt als je totaal leeg bent.”
Paolo Giordano

Benedict Wells
“De eenzaamheid in ons kunnen we alleen samen overwinnen.”
Benedict Wells, Vom Ende der Einsamkeit

Martijn Benders
“De extreme afstandelijkheid van internet vereist een extreme lichamelijkheid ter compensatie, vandaar dat de moderne romantiek door een leek nauwelijks van pornografie te onderscheiden valt, maar die gesextingde werkelijkheid heeft dezelfde functie als vroeger een bosje bloemen. Om die reden alleen al is het makkelijk zowel de oningewijde als de verkrampte rationalist van de romantische massa te scheiden: het is de weigering de kilte te willen trotseren en het lichaam te willen aanbieden aan de protofascistische BLOB die de moderne conservatief kenmerkt en voor het systeem verdacht maakt.”
Martijn Benders

“Hier ongeveer. Dat is het eenzaamheidsplekje, het waarheidsplekje. Het verraadt dat je alleen op het strand of op vakantie bent, doordat het rood en verbrand is. Het is het bewijs dat je toch niet zoveel vrienden hebt, dat je misschien eenzaam en kinderloos zult sterven en dat je eigenlijk niemand hebt om kerst mee te vieren, of om voor te koken, als je boven de veertig bent.”
Bjorn Sortland, LA MINUTE DE VÉRITÉ

“toch ging haar gekartelde hart uit
naar zachte dingen
zoals wanneer de wind
de zon nakeek
die neersijpelde door de kieren van het bladerdak
en daarvan zuchtte.
Of wanneer een geluidloze zucht
aan vriendelijke verhaalrijke ogen ontsnapte
en dan een glimlach tatoeëerde
in haar tranen.”
Anna Jae

“s Morgens ben ik het liefst alleen, ik wil een paar uur voor mezelf. Later op de dag heb ik behoefte aan anderen. Een week teruggetrokken leven, in mijn eentje, doet mij erg veel deugd. Maar aan het einde van zo'n week kan ik meestal niet snel genoeg bij mijn geliefden zijn.

De wankeling tussen het verlangen om samen te vallen met de ander en te verdwijnen in hem of haar enerzijds, en het verlangen naar autonomie en dus naar scheiding van hem of haar anderzijds, zit ingebakken in wie wij zijn.”
Paul Verhaeghe, Intimiteit

“Zelfs de sterken, wijzen en ouden wankelen echter bij gebrek aan medeleven en gezelschap, en terwijl baba zijn gekte had en maman haar onzin, had Laylee in hun afwezigheid de eenzaamheid de hand geschud. Duisternis had duisternis gevoed totdat al het licht verdwenen was. Ze kon zich niet langer herinneren hoe het was om zonder gebroken hart te leven.”
Tahereh Mafi, Whichwood

Beau Charlotte
“Je neemt deel aan dit grote avontuur: het leven. En wanneer je opgeslokt wordt door de duisternis van deze wereld, houd je je vast aan wat je ook maar een beetje vooruit kan helpen en daar vecht je voor. Je moet blijven vechten.”
Beau Charlotte, Als ik er niet meer ben

Elizabeth Strout
“Verdriet is zoiets- o, het is zoiets éénzaams; dat is het beangstigende ervan, denk ik. Het is alsof je langs de glaswand van een heel hoog gebouw naar beneden glijdt terwijl niemand je ziet.”
Elizabeth Strout, Oh William!

Hella S. Haasse
“Ik geloofde op mijn plaats te zijn in de geschonden stad. De verwoesting, de leegte, de moeizame pogingen tot herstel schenen mij in overeenstemming met mijn eigen zielstoestand. Wat zocht ik hier? Gemeenschap met anderen die zoals ik op een puinhoop moesten verder leven, voor de taak stonden met lege handen opnieuw te beginnen; saamhorigheidsgevoel; het besef van gelijkheid in het lijden, dat zou kunnen uitgroeien tot aanvaarding, tot hoop zelf. Want het is een voorrecht bewust de catastrofe te overleven, wanneer men eigen schuld en dwaling kent. Er is in de loop der jaren weinig van die bezieling overgebleven. Onbegrijpelijk snel went een mens aan de aanblik van ruïnen. Het carnaval, de stierenrennen, de volksfeesten worden het jaar rond gevierd, ondanks armoede en pest.(...) Ik voel mij niet meer thuis aan het hof van oude bekenden, en in die veranderde straten. Na iedere toch, ieder gesprek, wist ik maar één ding: dat ik volkomen alleen was.”
Hella S. Haasse, The Scarlet City

Imre Kertész
“Weltvertrauen, vertrouwen in de wereld.
Hij beschrijft hoe moeilijk het is om zonder dat vertrouwen te leven. Wie dat vertrouwen eenmaal is kwijtgeraakt, is voor altijd tot eenzaamheid veroordeeld onder de mensen. Zo iemand ziet in een ander nooit meer zijn medemens, maar altijd alleen de vijand.”
Imre Kertész, Dossier K: A Memoir

Jannie Regnerus
“Andere verhalen gaan over een man, een vrouw en hun bed waarin steeds meer dekens nodig zijn om warm te blijven.”
Jannie Regnerus, Het wolkenpaviljoen

Jannie Regnerus
“Hoe vluchtig hun ontmoeting ook is geweest, lang genoeg voor Luut om zich achtergelaten te voelen.”
Jannie Regnerus, Het wolkenpaviljoen

Mohamed Mbougar Sarr
“En laat iedereen oprotten met die aansporingen tot veerkracht! Ik haat dat woord wanneer het wordt gebruikt als een devies. Veerkracht Veerkracht! Bek houden! Ik verlang de waarheid van de lange val, de waarheid van een val in de peilloze diepte.”
Mohamed Mbougar Sarr, La plus secrète mémoire des hommes

Susan Vreeland
“Het zou me heel wat waard zijn te weten waar hij op dit moment aan dacht. Als de ene persoon zeker kon weten wat de andere persoon dacht of aan het doen was, zou eenzaamheid in de wereld misschien ophouden te bestaan.”
Susan Vreeland, The Passion of Artemisia

“Als ik me afzonderde, dan werd dat niet meer voor mij gedaan.”
Sara Kroos, Rood is ja

“Ik schuwde de meest persoonlijke onderwerpen niet, maar koos ze wel zorgvuldig uit. Hetgeen er echt toedeed, liet ik achterwegen. Ik overschreeuwde mezelf en was veel gedoe. Ik schoot met hagel en keek wel wat het doel trof.”
Sara Kroos, Rood is ja