flitser
Uiterlijk
- flit·ser
- Naamwoord van handeling van flitsen met het achtervoegsel -er
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | flitser | flitsers |
verkleinwoord | flitsertje | flitsertjes |
- apparaat dat snelheidsovertredingen in het verkeer of het door een rood verkeerslicht rijden vaststelt door middel radar en fotografie (waarvoor flitslicht nodig is).
- In bijna alle landen van Europa vind u flitsers.
- apparaat dat een flits opwekt om de nodige belichting van een foto te realiseren, een flitsapparaat
1.
- Het woord flitser staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "flitser" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be