Naar inhoud springen

besuikerd

Uit WikiWoordenboek
  • be·sui·kerd
  • vervoeging van besuikeren: de stam met de uitgang -d, zonder ge- vanwege voorvoegsel [1]
vervoeging van: besuikeren…
verbogen vorm: besuikerde

besuikerd

  1. voltooid deelwoord van besuikeren
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen besuikerd besuikerder besuikerdst
verbogen besuikerde besuikerdere besuikerdste
partitief besuikerds besuikerders -

besuikerd

  1. (informeel) dwaas, gek[2]
    • Ben je besuikerd? 
90 % van de Nederlanders;
87 % van de Vlamingen.[3]
  1. besuikerd op website: Etymologiebank.nl
  2. Minder grof en onvriendelijk dan bedonderd, belazerd, besodemieterd enz.
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be