Jersey Dutch
Uiterlijk
Nederlands wereldwijd | ||||
---|---|---|---|---|
Nederlands | ||||
Nederlandse creoolse talen | ||||
|
Jersey Dutch is een uitgestorven dialect van het Nederlands dat van de 17e eeuw tot het begin van de 20e eeuw in het noorden van de Amerikaanse staat New Jersey gesproken werd. Het was een soort creool van Zeeuwse dialecten, Vlaamse dialecten en Amerikaans Engels, misschien ook met woorden van Indiaanse oorsprong. Een variant van Jersey Dutch stond ook bekend als Negerhollands, omdat het ook werd gesproken door mensen van gemengd ras.
Voorbeeld van Jersey Dutch
[bewerken | brontekst bewerken]Een voorbeeld van Jersey Dutch over de gelijkenis van de verloren zoon:
- En kääd'l had twî jongers; de êne blêv täus;
- de andere xong vôrt f'n häus f'r en stat.
- Hai waz nît tevrêde täus en dârkîs tû râkni arm.
- Hai dogti ôm dat täus en z'n vâders pläk.
- Tû zaide: äk zal na häus xâne. Main vâder hät plänti.
In het Standaardnederlands:
- Een man had twee jongens; de ene bleef thuis;
- de andere ging voort van huis voor een vermogen.
- Hij was niet tevreden thuis en hij werd daardoor arm.
- Hij dacht aan thuis en zijn vaders plaats.
- Hij zei: ik zal naar huis gaan. Mijn vader heeft overvloed.
In het Engels:
- A man had two boys. The one stayed at home;
- the other went away from home to make his fortune.
- He was not satisfied at home and because of that he became poor.
- He thought about home and his father's place.
- He said: I shall go home. My father has plenty.
Van: A text in Jersey Dutch van Dr J. Dyneley Prince uit 1910[1]
Classificatie
[bewerken | brontekst bewerken]- Creoolse talen
- Nederlands-gebaseerde talen
- Petjo (Nederlands-Indië)
- Javindo (Nederlands-Indië)
- Mohawk Dutch (Verenigde Staten)
- Negro Dutch (Verenigde Staten)
- Leeg Duits ("Low Dutch", "Albany Dutch", "Jersey Dutch"; Verenigde Staten)
- Negerhollands (Amerikaanse Maagdeneilanden)
- Skepi (Guyana)
- Berbice-Nederlands (Guyana)
- Afrikaans (Zuid-Afrika; status als creooltaal betwist)
- Nederlands-gebaseerde talen
Externe links
[bewerken | brontekst bewerken]- Handboek der Nederlandsche taal: Deel I. De sociologische structuur der Nederlandsche taal I. Jac. van Ginneken. L.C.G. Malmberg, 's-Hertogenbosch, Nederland. 1928. Tiende Hoofdstuk: Het Amerikaansch.
Literatuur
[bewerken | brontekst bewerken]- Bachman, Van Cleaf. 1982. ‘The story of the Low Dutch language’. De Halve Maen 56: 3, 1-3, 21; 57: 1, 10-13.
- Bachman, Van Cleaf. 1983. ‘What is Low Dutch?’ De Halve Maen 57: 3, 14-17, 23-24.
- Bachman, Van Cleaf, Alice P. Kenney & Lawrence G. van Loon. 1980. ‘ “Het Poelmeisie”. An introduction to the Hudson Valley Dutch dialect’. New York History 61, 161-185.
- Buccini, Anthony F. 1995. 'The Dialectical Origins of New Netherland Dutch'. Dutch Linguistics in a Changing Europe. The Berkeley Conference on Dutch Linguistics 1993. Ed. by Thomas Shannon & Johan P. Snapper. Lanham etc., 211-263. (Publications of the American Association for Netherlandic Studies, 8).
- van Loon, L.G. 1938. Crumbs from an old Dutch closet. The Dutch dialect of Old New York. The Hague: Martinus Nijhoff.
- van Loon, L.G. 1939. 'Ave atque Vale, Jersey Lag Duits Verdwijnt'. Onze Taaltuin 8, 91-95, 107-119.
- Noordegraaf, Jan. 2008. 'Nederlands in Noord-Amerika. Over de studie van het Leeg Duits (Low Dutch)'. Trefwoord, tijdschrift voor lexicografie, december 2008, 1-29. (https://web.archive.org/web/20040215024441/http://www.fryske-akademy.nl/trefwoord/.)
- Noordegraaf, Jan. 2009. 'Vreemde woorden, valse vrienden. Over het woordenboek van het Leeg Duits (Low Dutch)'. Fons verborum. Feestbundel voor prof. dr. A.M.F.J. (Fons) Moerdijk. Onder redactie van Egbert Beijk e.a., Leiden: Instituut voor Nederlandse Lexicologie & Amsterdam: Gopher, 73-83. (http://hdl.handle.net/1871/13294)
- Noordegraaf, Jan. 2010. 'Waar komt Leeg Duits vandaan?'. Trefwoord, tijdschrift voor lexicografie. juni 2010, 1-10. (https://web.archive.org/web/20100826044122/http://www.fryske-akademy.nl/fa/uitgaven/trefwoord.)
- Noordegraaf, Jan. 2013. 'Naar woorden zoeken. James Storms (1860-1849) en het Jersey Dutch’. De tienduizend dingen. Feestbundel voor Reinier Salverda. Onder redactie van A.J. Brand, B.M. Groen, E. Hoekstra & C. van der Meer. Leeuwarden: Fryske Akademy, 317-329. (ISBN 978-90-62739-67-7).
- Prince, J. Dyneley. 1910. ‘The Jersey Dutch dialect’. Dialect Notes 3, 459-484.
- Prince, J. Dyneley. 1913. ‘A text in Jersey Dutch’. Tijdschrift voor Nederlandsche Taal en Letterkunde 32, 306-312. (https://www.dbnl.org/)
- Shetter, William Z. 1958. ‘A final word on Jersey Dutch’. American Speech 33, 243-251.
- Storms, James B.H. 1964. A Jersey Dutch vocabulary. Park Ridge, N.J.: Pascack Historical Society.
- van der Sijs, Nicoline. 2009. Yankees, cookies en dollars. De invloed van het Nederlands op de Noord-Amerikaanse talen. Amsterdam: Amsterdam University Press. ISBN 978-90-8964-130-4. (Ook verschenen als Cookies, Coleslaw, and Stoops. The Influence of Dutch on the North American Languages. ISBN 978-90-8964-124-3).
Voetnoten