Naar inhoud springen

Hr.Ms. K II (1922)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Vlag
Vlag
Hr.Ms. K II
Vlag
Vlag
Hr.Ms. K II
Geschiedenis
Kiellegging 20 november 1915
Tewaterlating 27 februari 1919
In dienst gesteld 28 maart 1922
Uit dienst gesteld augustus 1937
Algemene kenmerken
Waterverplaatsing 569 ton (boven water)
649 ton (onder water)
Afmetingen 57,3 x 5,3 x 3,8 meter
Bemanning 29 koppen
Techniek en uitrusting
Machinevermogen 2 x 900 pk (dieselmotor)
2 x 250 pk (elektromotor)
Snelheid 15,5 knopen (boven water)
8,5 knopen (onder water)
Bewapening 4 x 45,7 cm torpedobuizen
1 x 7,5 cm kanon
1 x 12,7 mm mitrailleur
Portaal  Portaalicoon   Marine

De Hr.Ms. K II was een Nederlandse onderzeeboot van de K II-klasse die werd gebouwd om dienst te doen als patrouilleschip voor de Nederlandse koloniën.[1] In 1915 werd de K II besteld door het Nederlandse Ministerie van Koloniën bij de Rotterdamse scheepswerf Fijenoord. De K II is het enige schip uit de naar dit schip vernoemde K II-klasse. De koloniale onderzeeboten werden net als de onderzeeboten voor de Nederlandse wateren bemand door de onderzeedienst.

Eind 1923 maakte de K II samen met de K VII en K VIII onder begeleiding van het onderzeebootbevoorradingsschip Hr. Ms. Pelikaan de overtocht naar Nederlands-Indië. Tijdens de overtocht naar Nederlandse-Indië voer professor F.A. Vening Meinesz mee tot aan Colombo om zwaartekrachtmetingen uit te voeren. Tijdens de reis zorgde De Pelikaan voor oponthoud door in de haven van Tunesië vast te lopen. Op 11 december 1923 arriveerde het konvooi in Sabang en op 24 december 1923 in Batavia.[2]

Zie de categorie Hr.Ms. K II (submarine, 1922) van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.